De Wet arbeidsmarkt in balans (WAB)
Op 28-5-2019 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de nieuwe Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB). De WAB kan gezien worden als de opvolging op de Wet Werk en Zekerheid. Het doel van de Wet Arbeidsmarkt in Balans is het aantrekkelijker maken voor werkgevers om mensen in vaste dienst te nemen, terwijl flexwerk mogelijk blijft waar het nodig is. Flex wordt dus minder flex en vast iets minder vast.
Werkgeverschap wordt door de nieuwe wetgeving voor eenieder duurder. Dit heeft als gevolg dat ook uitzenden en payrolling duurder zal gaan worden, maar bijvoorbeeld ook de tijdelijke contracten die een inlener zelf sluit. Hoeveel duurder het gaat worden is per situatie afhankelijk. Generiek gezien wordt werkgeverschap duurder met uitzondering van onbepaalde tijd contracten met een vast aantal uren. Op 1 januari 2020 zal de WAB in werking treden.
De belangrijkste wijzigingen
- Ketenregeling
- Proeftijd
- Ontslagrecht
- Transitievergoeding
- Oproepkrachten
- Payrolling
- WW-premie
- Uitzenden versus Payroll
VRagen?
Wij helpen graag verdr!
Ontslagrecht
In de huidige situatie geldt dat een werkgever aan één van de acht ontslaggronden moet voldoen om een overeenkomst met een werknemer te beëindigen. Naast de acht bestaande ontslaggronden komt er een extra ontslaggrond bij, namelijk de cumulatiegrond. Bij deze nieuwe negende grond heeft de rechter de mogelijkheid twee of meer ontslaggronden te combineren . Wanneer deze nieuwe ontslaggrond toegepast wordt, kan de rechter de werknemer een extra vergoeding toekennen van maximaal 50 % bovenop de wettelijke transitievergoeding.
Transitievergoeding
Op dit moment hebben werknemers recht op een transitievergoeding als hun arbeidsovereenkomst ten minste twee jaar heeft geduurd. Met ingang van 1 januari 2020 hebben werknemers vanaf dag één recht op een transitievergoeding. De hogere opbouw bij dienstverbanden langer dan tien jaar of voor werknemers van 50 jaar en ouder wordt per 1 januari 2020 afgeschaft. De hoogte van de transitievergoeding verandert ook en gaat 1 / 3 maandsalaris per dienstjaar bedragen (pro rata bij een gedeeltelijk dienstjaar); dit is omgerekend 2,78% van het totale salaris . De transitievergoeding is overigens pas verschuldigd als de arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever wordt beëindigd of niet wordt verlengd; dat verandert niet. Door het schrappen van de referteperiode van 24 maanden zal dus vaker een transitievergoeding verschuldigd zijn, maar het bedrag van de transitievergoeding zal lager zijn dan onder de huidige wetgeving.